“Enniewee… Effe chille? Okeeee, laterrr!”

Willekeurig terras op een zondagmiddag: “Yo gast! Ben je aan het doen? Waarom neem je steeds je fucking telefoon niet op, ouwe, liet je mij mooi met die downie van een chick zitten gister in die skeere tent, lache man!”

Taal is iets boeiends, het is aan verandering onderhevig en dynamisch, kortom, taal leeft!
Taalpuristen mopperen echter: ons ABN zou veel te veel verengelsen. Really?

Zij beklagen zich over de vele Engelse woorden die we gebruiken, alsof het onze eigen taal is, die sneaky onze communicatie binnensluipen en op die wijze ons mooie Nederlands zouden uithollen.

Zo is iets spannends bijvoorbeeld een thrill of een kick, iets aardigs charming dan niet appealing, een onderwerp een issue of een item, en kom je zaterdagavond gedesillusioneerd uit de kroeg dan heb je de tent gescanned en niemand gespot, behalve dan die lousy motherfucker en die ene loser waar je absoluut niet close mee wilt zijn omdat hij je zo claimt.

Een quick check in mijn omgeving leert me dat Nederlands zonder Engelse leenwoorden tamelijk boring en zelfs awkward is. Engels is hip, modern en cool, oftewel gaaf. (Maar gaaf is dan weer niet cool!)

Whatever.

We gebruiken taal om te communiceren, maar met name straattaal, dat dynamisch en vluchtig is, lijkt bedoeld om je te onderscheiden. Vooral jongeren houden onze taal springlevend, zij zijn creatief in het bedenken van nieuwe woorden en/of afkortingen en introduceren buitenlandse invloeden. En een taal die niet verandert, is tenslotte een dode taal.

“Ewa swa! Coole patas!”
“100 barkie, bro, kijk ze shinen!”

Van enige inhoudelijke uitwisseling is meestal weinig sprake. Bovendien gaat het er niet om wát je zegt, maar hóe je het zegt. Sinds whatsappen het nieuwe bellen is en de berichten dus in hoog tempo over en weer gaan, mag een zin als ‘Ik weet het niet’ de boel niet onnodig ophouden. ‘Kweenie’, dus, hvj, OMG!, ffw88 en suc6.

Wellicht zouden we beter van Hedenlandse taal kunnen spreken. Overigens blijkt dat het: ‘vlgones niuew oznrdeeok neit uimtaakt in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn; het einge wat blegnaijrk is is dat de eretse en de ltaatse ltteer op de jiutse patals saatn.’

“Woella!”